Belle fietst elke week 55 kilometer naar haar werk

Belle fietst elke week 55 kilometer naar haar werk. ‘Dan ben ik alleen op de wereld met mijn fiets’

 

Interview
Voor Belle de Gast (33) is fietsen ‘vrijheid en avontuur’. Dat de ex-profwielrenner nu fietsburgemeester van Utrecht is, is een kolfje naar haar hand. Ze houdt zo veel van fietsen, dat ze er elke donderdag om 5.00 uur voor opstaat.

Een jongen met een rugzak fietst met zijn mountainbike traag over de Oudegracht. Een oudere dame wordt ingehaald door snelle studenten en een zakenman remt voor het verkeerslicht. De binnenstad van Utrecht wordt gedomineerd door fietsen. De fietsenstalling bij het station is met 12.500 plekken de grootste ter wereld. Utrecht is fietsstad bij uitstek.

Ja, ze is uiteraard op de fiets, zegt Belle de Gast even later in café Het Gegeven Paard, vlak bij het Utrechtse station. Door het raam is te zien hoe een gemeenteauto met een open laadbak tig verkeerd geparkeerde rijwielen afvoert. ‘Die van mij staat veilig’, zegt ze lachend.
Er gaat geen dag voorbij of De Gast is bezig met de fiets. Het is niet alleen een vervoermiddel dat haar van a naar b brengt, als fietsburgemeester van Utrecht praat ze er ook dagelijks over. Ze promoot fietsen in de stad door te vertellen hoe goed het is voor het milieu, de economie en je gezondheid, kijkt waar knelpunten zitten – drukte, volle stallingen, slechte fietspaden – en zoekt oplossingen. Daarnaast werkt ze drie tot vier dagen per week als fysiotherapeut.

Iets betekenen
Toen haar anderhalf jaar geleden werd gevraagd om fietsburgemeester van Utrecht te worden, hoefde De Gast niet lang na te denken. Als profwielrenner – van 2018 tot 2022 kwam ze uit voor de wielerploeg Parkhotel Valkenburg – vroeg ze zich al weleens af wat het nut was van wat ze deed. Toen ze kans kreeg om de fiets in te zetten om problemen op te lossen en zo iets te betekenen voor de maatschappij, greep ze die met beide handen aan.

‘De Amerikanen vonden het hartstikke spannend om in Utrecht te fietsen. ‘O my goodness, so many bikes!’, riepen ze uit.’

Duurzaamheid is een van de redenen waarom mensen meer op de fiets zouden moeten stappen, zegt De Gast. Het is een waarde die haar met de paplepel is ingegoten. In de praktijk betekent dat voor haar dat ze nadenkt over haar autogebruik – ja, ze heeft een auto – over het gebruik van water, haar omgang met voedsel en over vliegen.
Terug naar de fiets. De Gast: ‘Als jij de auto laat staan en op de fiets stapt, heb je als individu heel meetbaar je steentje bijgedragen aan het minder vervuilen van de omgeving.’
Maar in de praktijk merkt ze dat veel mensen zich helemaal niet bezighouden met duurzaamheid. ‘Ik kon me al ergeren aan verspilling in de wielrenwereld. Ik was boos op het moment dat er gebruikte bidons en eten dat nog goed was, werd weggegooid. Wielrennen is niet per se een duurzame sport. Het gaat over fietsen maar er kan heel makkelijk winst worden gemaakt op het gebied van duurzaamheid. Gelukkig zijn er steeds meer ploegen die hiermee bezig gaan.’

Absurd
Belle de Gast is zoveel bezig met het onderwerp dat het voor haar soms lijkt of iedereen zich volop bewust is van het belang van duurzaam leven. Maar in haar gesprekken als fysiotherapeut met cliënten merkt ze dat er nog een wereld te winnen is.
‘Ik leef in een bubbel en dat merkte ik gisteren weer. Een cliënt ging haar handen wassen en zette de kraan open. Maar toen ze werd gebeld, pakte ze haar telefoon en liet ze de kraan openstaan. Ik vond het absurd. Maar zij zei: ‘Ach, die anderhalve minuut … We hebben toch water zat hier in Nederland?’
Zelf houd ik heel erg van warm douchen, maar ik probeer er rekening mee te houden dat ik niet langer dan vijf minuten onder de douche sta omdat het allemaal energie kost. Maar ik probeer geen oordeel te hebben over anderen. Het is belangrijk om in gesprek te gaan; er is ook veel onwetendheid.’

Ik ben me heel erg bewust van het weer, van de wind en de temperatuur … Het maakt me bescheiden.

Als fietsburgemeester doet ze dat veel, in gesprek gaan. Maar ze stapt ook op de fiets met ondernemers en beleidsmakers uit andere landen die willen investeren in fietsen. Zo stapte ze afgelopen week nog met medewerkers van de Duitse politieke partij Bündnis 90/Die Grüne op de fiets.
‘Dat is altijd wel grappig’, zegt De Gast. ‘De mensen die al van kinds af aan in Utrecht fietsen, laveren overal tussendoor, maar de buitenlanders vinden het hier wel ‘erg druk’. Ik gaf een keer een groep Amerikanen een fietstour; zij vonden het hartstikke spannend. ‘O my goodness, so many bikes!’, riepen ze uit. Ik denk dan: doe niet zo overdreven, maar op een gegeven moment besefte ik dat het best bijzonder is hoeveel we hier fietsen.’

De komende periode stelt De Gast vijf fietsambassadeurs aan. ‘Dat worden een soort wethouders van me’, zegt ze.

Elke ambassadeur krijgt zijn eigen doelgroep: forenzen, kinderen, ouderen, niet-fietsers en nieuwe Nederlanders, somt De Gast op. ‘Als we meer mensen op de fiets willen krijgen, moeten we zo veel mogelijk verschillende mensen erbij betrekken.’
Asielzoekerscentrum
Zelf geeft ze weleens fietslessen aan allochtone vrouwen op het asielzoekerscentrum. ‘Er zijn buitenlandse dames die voor het eerst de vrijheid voelen van het fietsen. Daarvan krijg ik tranen in mijn ogen. Afgelopen jaar heb ik ontdekt dat fietsen zoveel meer is dan wedstrijdjes rijden of van a naar b gaan … Er liggen fundamentele waardes onder zoals vrijheid en zelfstandigheid. Er zijn allochtone vrouwen die aan huis gekluisterd zijn omdat ze geen rijbewijs hebben. Op de fiets gaat de wereld letterlijk voor hen open.’

Groter geheel
Maar wat De Gast het allerliefste doet is zelf op de fiets stappen. Het betekent voor haar ‘vrijheid en avontuur’. Iedere donderdag gaat ze om 5.00 uur uit bed om een half uur later op de racefiets naar haar werk in Almere te gaan, 55 kilometer verderop. ‘Iedereen moet nog ontwaken en ik ben alleen op de wereld met mijn fiets. Ik ben me heel erg bewust van het weer, van de wind en de temperatuur … Het maakt me bescheiden. Ik besef dat ik onderdeel ben van een groter geheel. Op de fiets reflecteer ik en dat is heel bijzonder en waardevol.’
Wat haar betreft wordt donderdag voor iedereen een ‘fiets naar je werk-dag’. Pakt ze dan nooit de auto? ‘Jawel hoor, ik ben niet tegen autorijden. Het kan gewoon handig zijn.’

Dit artikel verscheen op 5 oktober 2024 in het Nederlands Dagblad.

Vorig bericht
Column: De winst ligt ´buiten de bubbel´